![]() |
Geen neerslag van betekenis
De apotheker
Een jeukje, een pijntje, een klein ongemak. Het is vervelend, maar de euthanasieverklaring kan in de kast blijven. Zalfje smeren,
paramolletje slikken, een dr. Vogel-spraytje in de zeurende lichaamsopening en
je bent er weer bovenop. Zo niet, dan naar de huisarts!
Vier jaar geleden ging mijn huisarts met pensioen. Voor zijn
vertrek hevelde hij mij administratief over naar zijn opvolgster, een jonge
Duitse Allgemeinmediciner. Ze is aardig, bekwaam en doortastend, althans dat
heb ik van horen zeggen; we hebben nog geen kennis kunnen maken. Ze heeft het
erg druk.
Er speelt nu een kwaaltje op en ik vraag telefonisch een
consult aan bij de huisarts. De telefoniste zegt dat ik pas over 10 dagen terecht kan. Dat
risico wil ik niet nemen. Over 10 dagen ben ik of beter, en zit op de
afgesproken tijd wat te stuntelen tegen Frau Allgemeinmediciner over hoe erg
het allemaal wel niet was, of mijn vriendin spreekt met de DELA-man over cake
en een eikenhouten kist. 10 dagen wachten is geen optie.
Ik kies dus voor een sluiproute en laat me door de
telefoniste afschepen met een co-assistent die direct beschikbaar is.
Omdat je na verloop van tijd je eigen kwaaltjes wel kent,
vertel ik de wat puistige jongeman zonder omhalen wat mij mankeert en wat ertegen
te doen is. De arts in spe trekt zich terug voor achterkamertjesoverleg met
Frau Allgemeinmediciner en overhandigt mij even later het door mij geadviseerde
recept. Ik prijs hem de hemel in om zijn deskundige en kordate optreden. Op naar de apotheker, de kop van Jut onder de zorgverleners.
Mijn hooggekwalificeerde apotheker kende ooit gouden tijden, maar de
zorgverzekeraars hebben hem de duimschroeven aangedraaid. Moeizaam draait hij
nu zijn pillen in een spaarzaam verlicht achterkamertje waar een 20-jaar oude
computer haperend bromt. Voor in de zaak zoeken zijn assistenten in
vooroorlogse houten bakjes naarstig naar recepten voor de zieke klandizie die
zich bij de balie verdringt. In 2005 heeft de apotheker de klok hier stilgezet.
Inmiddels loopt de temperatuur op. Men duwt
en dringt voor. Apothekersvrouw Nightingale verstrekt bekertjes gekoeld water
en smeekt de mensen om geduld. Het is vergeefs. Het sterftecijfer in mijn
apotheek ligt hoger dan in een gemiddeld streekziekenhuis. Overleden tijdens
het wachten, je hoort het hier regelmatig. Na drie kwartier vecht ik me naar
buiten, pillen in de zak.
Over vijf jaar wijst iemand naar een café op de markt en
zegt: Daar zat vroeger die apotheker, weet je nog? Hij kon het niet winnen van
internet.
|
